maandag 4 april 2011

Nola Hatterman Art Acacademie

Het is 4 uur. Ik fiets naar de academie toe. Een prachtig wit houten huisje in de historische binnenstad. Onderweg op de fiets verheug ik me al op onze ontmoeting.
Het huisje van de academie is een stukje historisch erfgoed. Na talloze telefoontjes mag ik hier eindelijk lessen volgen.

Aan de waterkant is het “ontspannen” fietsen. Hier proef je de sfeer van de echte Srananman. Dreadlocks verstopt onder gekleurde mutsjes. Mannen die je begroeten met de meest vreemde openingszinnen. Zuiderse muziek met een reggeasfeertje.

Ik besef het niet. Ik fiets met mijn stalen ros door een zuiderse stad. Een meisje van 20 fietst door een zuiderse stad. Hoe vaker ik het tegen mezelf zeg,hoe surrealistischer het wordt.

In gedachte maak ik een contrast. Het Limburgse fietsroutenetwerk. Het totaalplaatje der surrealisme wordt alleen maar groter. Mijn fietsvakantie had dit beeld nooit voor ogen kunnen houden. Geloof me. Een trektocht met de fiets doorheen Suriname. Vergeet het.

Oversteken aan het onafhankelijkheidsplein.Hopeloos je hoofd heen en weer schudden. Hopen dat er een auto stopt. Voor een jonge,fietsende stagaire. Ah. Eindelijk. De auto’s vinden mij blijkbaar wel leuk.Vrolijk presenteer ik mezelf huppelend op het zebrapad.

Half 5. Ik begroet mijn ‘kracht’ handenarbeid. Hier in Suriname ben je geen leraar,maar een ‘kracht’. (Vreemde benaming voor een leerkracht,niet?‘kracht’. Alsof jij de enige bent die moeite doet. En de leerling niet. Want jij bent de ‘kracht’! Trainen , die slappe breinspieren!zo klinkt het…) Gelukkig is deze kracht geen stalen spier,maar een goedlachse kerel die duidelijk de uitstraling heeft van het prototype kunstenaar.

Kunstenaar Herman stemt er mee in dat ik hier lessen volg. No spang! “Je betaald je materiaal maar wanneer je klaar bent.” Administratief mag ik later afhandelen. ‘Volg nu maar je lessen. Geniet ervan!’

De eerste les wordt ingeleid met een aantal boetseertechnieken. De plak,-rol,-kneed,-lijm…techniek. Hilarische benamingen. Des te efficiënter het klinkt,des te moeilijker het is. boetseren. Bij zo’n tropisch,warm klimaat…. Begin er maar eens aan!

Mijn collega naast me wordt onrustig. Ze volgt het totaalpakket van de opleiding op Nola Hatterman. Handenarbeid dus ook. Dat moet ze er maar bij nemen. Anders geen diploma.
Als Nederlandse juf in de kangoeroeschool vult ze haar namiddagen met een opleiding ten huize Nola Hatterman.

Haar verhaal integreert me. Nederland beu. Gescheiden. Kinderen groot. Midden in het leven. Ze mist haar kinderen. Maar. Ze is duidelijk aan een nieuw hoofdstuk toe.
Suriname,het onderwijs,een huisgenote en de academie. Daarmee sloeg ze de bladzijde uit haar leven om. Suriname is haar nieuwste hoofdstuk. Hopelijk komen haar kinderen binnenkort op bezoek.

Stiekem boetseer ik. Rustig en geconcentreerd. Verzonken in mijn wereld. Mijn handen en duimen kneden alle ervaringen van mijn surinamereis in één beeld. Mijn gedachten. Mijn gevoelens. Alles uit ik in dat ene kleine beeldje.

Een vrouw in gedachten verzonken. Omarmd in een droomwereld van een tropisch klimaat. Haar armen krijgen vorm,haar benen volgen kruiselings. Ze buigt zicht over haar knieeën neer. Omarmt haar knieeën. Legt haar hoofd neer en denkt beschermend na. Dit ben ik.
Zo ben ik. En ik ben hier. Mijzelf alleen in een grote wereld. Ontzettend klein voelend.
Want wat stel ik hier voor? Slechts een haarspeld in een hooiberg. Zo klein ben ik in een grote wereld die Paramaribo heet.

‘Wat werk jij snel zeg.’ Zegt Herman. ‘Hmm. Best wel.’ Zeg ik. ‘Maar ik wil het dan ook afhebben.’ Ik herinner me nog de tekenlessen als kind. Als je het niet af had,dan moest je het kleibeeld helemaal vochtig houden,wikkelen in krantenpapier en natte doeken. Dat is me teveel gedoe. Liever elke les één beeldje af.

Herman knikt instemmend mee. Het is inderdaad af. Goed zo. Zet het daar maar neer.
In een houten krotje met een gebrekkig slot laat ik  met pijn in het hart mijn werkstuk achter. Hopelijk breekt het niet. Herman belooft me het te bakken in de oven. Ik hoop dat het snel zal gebeuren. Want dat weet je nooit met de ‘no span’ mentaliteit van hier. Het zou zonde zijn,moest het breken.

Ik was mijn kleihanden met Surinaams kraantjeswater. Het water stroomt. Net zoals het water van de surinamerivier. Mijn blik staart naar een brede tuin van palmbomen grenzend aan groot grijs water. Visarends rijken hoog aan de lucht. In de verte reikt de overkant van Suriname. Kleine huisjes groeten mij gedag van op afstand.
Wat is het mooi hier. Een afdak verbonden aan een witten huisje. Tekenles in de openlucht onder een afdak.
Het reizen zit ‘m in de kleine dingen.

Liefs,
Lize –x-